Bilfingerkreuz (Hoge Venen)

Op deze plek liet Horst Bilfinger het leven. Horst was afkomstig uit Mannheim, en als Luftwaffe-piloot actief binnen het Duitse Nazi-leger, meer bepaald de de gevechtseenheid “Jagdgeschwarder 50”. De Tweede Wereldoorlog kostte hem het leven op 23-jarige leeftijd. 

Op 17 augustus 1943 trokken de geallieerden met een Amerikaanse vloot van 376 bommenwerpers, vergezeld van 459 jachtvliegtuigen ten strijde richting Duitsland voor een grootschalige aanvalsopdracht: de  “Schweinfurt-Regensburg missie” (of “operation double strike”). Het doel was de bommenwerpers over Duitsland te laten vliegen naar Frans Algerije. De doelwitten waren vooral zware industrie, wapenindustrie en de Duitse luchtmacht infrastructuur. De gelijktijdigheid van twee aanvalsgolven moest ervoor zorgen dat de Luftwaffe meer verspreid geraakte, en dus zwakker werd.

Aan Duitse zijde trok Horst mee ten strijde tegen de Amerikaanse bommenwerpers. Boven de Hoge Venen werd zijn toestel neergehaald in een luchtgevecht. Vlak achter de plek waar nu dit kruis staat, stortte zijn vliegtuig neer.

Het lichaam van Horst zelf werd vier dagen na het gevecht als ‘onbekende soldaat’ begraven op het militaire kerkhof van Eupen. Pas later, toen hij geïdentificeerd was, kreeg zijn graf een opschrift. Na de oorlog kreeg zijn lichaam eeuwige rust op het Duits militair kerkhof in Lommel.

Horst Bilfinger was ongetwijfeld niet de enige Luftwaffe-piloot die tijdens de oorlog boven de Hoge Venen werd neergehaald, maar hij zou wel de enige Duitse piloot zijn aan wie een kruis gewijd werd.

Aanvankelijk kreeg hij een berkenhouten kruis dat snel verweerde. Begin de jaren ‘60 werd het vervangen door een eiken exemplaar, maar ook dat verweert. Het huidige kruis werd in 2003 geplaatst.

Eerst werd een berkenhouten kruis neergezet, maar berkenhout verweerd nu eenmaal snel. Begin de jaren ‘60 werd het vervangen door een robuster model uit eik, maar ook dit werd in 2003 aan vervanging toe.

Horst was trouwens niet de enige die het leven liet. Bij die ene grote operatie. Aan de geallieerde zijde waren 585 doden te betreuren. Aan Duitse zijde was sprake van 25-27 neergehaalde jagers en 203 burgerdoden.